Arbeidsreglement juli 1960

Voor wie dit reglement wil lezen in de oorspronkelijke opmaak, is er ook een pdf-document (7 pagina's) beschikbaar.

1. de hem opgedragen arbeid goed, ordelijk en op verantwoorde
   wijze te verrichten, volgens de aanwijzingen welke hem worden
   verstrekt door of namens de directie van Elsevier (hierna te
   noemen de directie);
2. op de vastgestelde uren de arbeid te beginnen en te beëindi-
   gen;
3. indien hem dit door of namens de directie wordt opgedragen,
   in bijzondere gevallen ook andere, passende arbeid te ver-
   richten dan die, waarvoor hij is aangenomen en waarvoor hij
   wordt beloond;
4. zich, indien de directie zulks wenst, in verband met de aan
   hem opgedragen of op te dragen arbeid of met het oog op de
   veiligheid van zijn omgeving, op kosten van Elsevier te onder-
   werpen aan een geneeskundige keuring;
5. volledige geheimhouding te betrachten tegenover een ieder van
   alle feitelijkheden en bijzonderheden, waarvan hij uit hoofde
   van zijn dienstbetrekking kennis draagt, behoudens ten aan-
   zien van diegenen, die krachtens hun functie of hun relatie
   bevoegd zijn hiervan kennis te nemen, zulks ter beoordeling
   van de directie;
6. Voor zover hij werkzaam is in het gebouw Spuistraat of Klove-
   niersburgwal, zowel bij het verlaten, en in dit geval onder
   opgave van redenen, als bij het weder betreden van het gebouw
   onder werktijd, indien de directie hem dit opdraagt, zich te
   melden bij de telefoniste.

1. zonder toestemming van de directie arbeid te verrichten ten
   behoeve van een andere onderneming, instelling of persoon;
2. tijdens kantoortijd te eten;
3. tijdens kantoortijd privé-telefoongesprekken te voeren;
4. tijdens kantoortijd boeken voor privé-gebruik te bestellen en/of
   af te halen, anders dan des morgens vóór 9 uur.

1. De arbeidsduur bedraagt:
   
   1. in de weken waarvan de zaterdag valt in de maanden oktober
      tot en met april 43¼ uur per week en wel op elk der eerste
      vijf werkdagen van 8.45 uur tot 12.45 uur en van 13.30 uur
      tot 17.30 uur en op zaterdag van 8.45 uur tot 12.00 uur;
   2. in de weken waarvan de zaterdag valt in de maanden mei tot
      en met september 43½ uur per week en wel op elk der eerste
      vijf werkdagen van 8.30 uur tot 12,30 uur en van 13.30 uur
      tot 17.30 uur en op zaterdag van 8.30 uur tot 12.00 uur.
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid bedraagt de
   arbeidsduur voor werknemers, wier arbeid rechtstreeks verband
   houdt met de verzending van boeken:
   46½ uur per week en wel op elk der eerste vijf werkdagen
   van 8.30 uur tot 12.30 uur en van 13.30 uur tot 18.00 uur
   en op zaterdag van 8.30 uur tot 12.30 uur.
3. In gevallen waarin het belang van de werkzaamheden dit vergt,
   kan de directie voor enige of alle werknemers veranderingen
   in de begin- en eindtijden van de werkzaamheden aanbrengen,
   Dit met een maximum werktijd van 48 uur per week.

1. Op de zondag en op de feestdagen wordt niet gearbeid.
2. Onder feestdagen worden verstaan de Nieuwjaarsdag, de Paasmaan-
   dag, de Hemelvaartsdag, de Pinkstermaandag en de beide Kerst-
   dagen, voor zover deze niet op een zondag vallen,

1. balansgratificatie;
2. vacantietoeslag;
3. kerstgratificatie.

1. Bìj het overlijden van een werknemer(ster) zal Elsevier aan de
   weduwe, onderscheidenlijk degene(n) voor wie de overledene als
   kostwinner(ster) in de zin van de Werkloosheidswet optrad, in
   aansluiting aan het tijdstip van het overlijden het laatst ver-
   diende loon of salaris uitbetalen en wel gedurende drie maan-
   den, indien de overledene zes jaar of langer, gedurende twee
   maanden, indien de overledene vier of vijf jaar, en gedurende
   één maand, indien de overledene gedurende twee of drie jaar
   onafgebroken bij Elsevier in dienstbetrekking is geweest.
2. Elsevier kan op de door haar ingevolge het vorige lid te be-
   talen bedragen in mindering brengen, datgene wat de weduwe,
   onderscheidenlijk degene voor wie de.overledene als kostwinner
   (ster) optrad, ontvangt aan uitkering uit hoofde van enige
   sociale verzekeringswet of andere verzekering, tenzij in het
   laatstbedoelde geval de verzekering door de overleden werk-
   nemer(ster) zelf was afgesloten en ook door hem (haar) de pre-
   mie hiervoor werd betaald.

1. bij ondertrouw van de werknemer: gedurende één dag;
2. bij huwelijk van de werknemer: gedurende twee dagen;
   bij huwelijk van een zijner ouders, broeders, zusters of kinderen
   of professie van een kind, broer of zuster, of priesterwijding
   van een kind of broer: gedurende één dag, mits de werknemer de
   plechtigheid bijwoont;
3. bij bevalling van de echtgenote van de werknemer: gedurende één
   dag;
4. bij overlijden van de echtgenote of eigen kinderen, die in het
   gezin, waarvan de werknemer deel uitmaakt, gevestigd zijn:
   vanaf de dag van het overlijden tot en met de dag der begrafenis;
5. bij overlijden van eigen kinderen, die niet in het gezin, waar-
   van de werknemer deel uitmaakt, gevestigd zijn, ouders, schoon-
   ouders, aangehuwde kinderen, broeders of zusters: gedurende
   één dag;
6. bij overlijden van bloed- en aanverwanten, die in het gezin,
   waarvan de werknemer deel uitmaakt, gevestigd zijn gedurende
   één dag;
7. bij begrafenis van eigen kinderen, die niet in het gezin, waar-
   van de werknemer deel uitmaakt, gevestigd zijn, ouders, schoonouders,
   grootouders van werknemer of zijn echtgenote en aangehuwde kin-
   deren: gedurende één dag, mits hij de begrafenis bijwoont;
8. bij begrafenis van broeders, zusters, schoonouders, schoon-
   zusters en kleinkinderen van de werknemer of diens echtgenote,
   die niet in het gezin, waarvan de werknemer deel uitmaakt, ge-
   vestigd zijn gedurende één dag, mits de werknemer de begrafenis
   bijwoont;
9. bij begrafenis van bloed- en aanverwanten, die in het gezin waar-
   van de werknemer deel uitmaakt, gevestigd zijn: gedurende één
   dag, mits de werknemer de begrafenis bijwoont;
10. bij aangifte voor de militaire dienst, keuring, verplichte in-
    levering van wapenen of kleding en bij inspectie: gedurende de
    daarvoor benodigde tijd;
11. bij opkomen voor militaire dienst – anders dan in geval van buiten-
    gewone oproeping (mobilisatie enz.), eerste oefening, opkomst
    voor straf of wegens het niet nakomen van militaire verplichtin-
    gen –: gedurende ten hoogste drie dagen voor gehuwden en voor
    hen die kostwinner zijn;
12. bij uitoefening van het kiesrecht: voor de daarvoor benodigde
    tijd, ten hoogste gedurende twee uren;
13. na opzegging van de dienstbetrekking door Elsevier ten hoogste
    gedurende vijf uren, aohtereenvolgens of bij gedeelten, indien
    de werknemer ten minste gedurende een maand, onmiddellijk, voor-
    afgaande aan de opzegging, onafgebroken bij Elsevier in dienst-
    betrekking is geweest en hij kan aantonen dat het verzuim nood-
    zakelijk is voor het zoeken van een nieuwe betrekking;
14. bij noodzakelijk doktersbezoek of polikliniekbezoek voor de werk-
    nemer zelf, gedurende de daarvoor vereiste tijd, ten hoogste twee
    uur per keer, en vier uur per week, mits de werknemer desverlangd
    schriftelijk verklaart:
    
    1. bij welke arts, specialist, polikliniek enz, hij zich
       heeft vervoegd;
    2. hoe lang hij in het gebouw, waarin de arts of
       specialist zitting heeft, aanwezig moest zijn en
       daadwerkelijk is geweest;
    3. dat het bezoek in verband met zijn gezondheidstoe-
       stand noodzakelijk was;
    4. dat het bezoek uitsluitend onder werktijd kon ge-
       schieden;
15. bij de vervulling van een bij wettelijk voorschrift of door de over-
    heid zonder geldelijke vergoeding opgelegde verplichting, voor zo-
    ver deze verplichting persoonlijk moet worden nagekomen en dit
    niet in de vrije tijd kan geschieden:
    gedurende een naar redelijkheid te bepalen tijd tot ten hoogste
    één dag;
16. voor het doen van een examen ter verkrijging van een vakdiploma:
    gedurende de daarvoor nodige tijd, mits hij hiervan, in afwijking van
    de aanhef van dit artikel, veertien dagen tevoren aan Elsevier
    heeft kennis gegeven;
17. bij de 25-jarige en 40-jarige huwelijksherdenking van de werknemer:
    gedurende één dag;
18. bij de 25-, 50-, en 60-jarige huwelijksherdenking van de ouders van
    de werknemer: gedurende één dag,

1. De werknemer, die op het ogenblik waarop hij met vakantie zal gaan,
   een vol jaar in dienstbetrekking is geweest, heeft recht op 15 va-
   kantiedagen (waaronder twee zaterdagen) met behoud van loon of sala-
   ris.
2. De werknemer, die niet verkeert in het geval bedoeld in het eerste
   lid heeft recht op zoveel vakantiedagen als zijn dienstbetrekking
   op het ogenblik, waarop hij met vakantie zal gaan, volle kalender-
   maanden heeft geduurd.
3. De werknemer, die op het ogenblik, waarop hij met vakantie zal gaan,
   drie volle jaren in dienstbetrekking is geweest, heeft recht op drie
   extra-vakantiedagen.
4. Indien de werknemer gedurende de tijd, die voor de berekening van het
   aantal vakantiedagen in aanmerking komt, zes maanden of meer ziek
   is geweest, zal voor elke drie maanden, dat zijn ziekte heeft ge-
   duurd, één dag op de hem toekomende vakantiedagen worden gekort.
5. Behalve in geval van beëindiging van de dienstbetrekking zullen de
   vakantiedagen, waarop een werknemer recht heeft, niet door betaling
   van een daarmede corresponderend loonbedrag worden vervangen.
6. Indien een werknemer meeer vakantiedagen heeft genoten dan waarop
   hij aanspraak kon maken, zal een daarmede corresponderend bedrag
   bij beëindiging van de dienstbetrekking met het hierna alsdan nog
   toekomende loonbedrag worden verrekend.
7. De directie bepaalt het tijdstip waarop de vakantiedagen zullen wor-
   den genoten, waarbij, indien enigszins mogelijk, met de wensen van de
   betrokken werknemer rekening zal worden gehouden.
8. Behalve wanneer het belang van Elsevier zich daartegen, naar het
   oordeel van de directie, verzet, zullen de vakantiedagen aaneenge-
   sloten worden genoten, terwijl in ieder geval zes vakantiedagen
   aaneengesloten moeten worden genoten.
9. Indien ontslag op staande voet wordt gegeven, kan de directie het
   recht op vakantiedagenof de daarvoor in de plaats tredende uitke-
   ring geheel of gedeeltelijk doen vervallen.
10. Indien een werknemer in een bepaald kalenderjaar de hem toekomende
    vakantiedagen door bijzondere omstandigheden niet heeft kunnen ge-
    nieten, kan de directie, op verzoek van de werknemer toestaan, dat
    deze dagen worden overgeschreven naar het volgende kalenderjaar.

1. Ingeval van ongeschiktheid tot werken ten gevolge van ziekte, heeft
   de werknemer aanspraak op een uitkering ten bedrage van het salaris,
   eventueel verminderd met de gewone bijdrage van de verzekerde in de
   kosten der ziekteverzekering en van het voor zijn rekening komende
   deel der premie ingevolge het Ziekenfondsenbesluit en de Werkloos-
   heidswet, gedurende de eerste zes maanden, en op een uitkering van
   80 % van het salaris gedurende de daaraanvolgende zes maanden, in
   beide gevallen verminderd met de uitkering, welke de werknemer
   eventueel van het uitvoeringsorgaaan van de ziektewet ontvangt, mits
   de werknemer voldaan heeft aan de voorschriften, welke ten aanzien
   van ziektemelding door dit uitvoeringsorgaan zijn gesteld.
2. Indien de werknemer ongeschikt is zijn arbeid te verrichten ten ge-
   volge van een ongeval, behalve in geval van opzet of grove schuld,
   heeft hij gedurende de eerste zes maanden recht op een uitkering ten
   bedrage van het salaris, eventueel verminderd met de gewone bijdrage
   van de verzekerde in de lasten der ziekteverzekering en van het voor
   zijn rekening komende deel der premie ingevolge het Ziekenfondsen be-
   sluit en de Werkloosheidswet, en daarna, bij totale arbeidsongeschikt-
   heid, gedurende zes maanden op een uitkering ten bedrage van 70 %
   van het salaris.
3. Indien de werknemer valt onder de bepalingen van de Ongevallenwet
   1921, is hij verplicht, zodra hij schadeloosstelling van de Sociale
   Verzekeringsbank ontvangt over een periode, waarin hem door Else-
   vier uitkering is verstrekt ingevolge het bepaalde in het vorig lid,
   deze schadeloosstelling onverwijld aan Elsevier te betalen.
4. Blijft de werknemer in gebreke met deze betaling, dan is de directie
   gerechtigd, het verschuldigde van het salaris van de werknemer in te
   houden.
5. De directie heeft het recht, de door ziekte of ongeval arbeidsonge-
   schikte werknemer door een harerzijds aangewezen medicus te doen con-
   troleren.
6. Elsevier is niet verplicht de bepalingen van lid 1 en 2 van dit ar-
   tikel na te leven indien, naar het oordeel van de directie, een der-
   de aansprakelijk is voor de arbeidsongeschiktheid van de werknemer.

1. Behalve in gevallen, waarin het betreft de werknemer, die op proef
   of bepaaldelijk voor tijdelijke duur in dienstbetrekking zjjn aangenomen
   of de leeftijd van 23 jaar nog niet hebben bereikt, kan de werknemer
   alleen ontslagen worden wegens een geldige reden, welke de werknemer
   tegelijk met de aanzegging van het ontslag moet worden medegedeeld,
2. Geldige redenen, als in het eerste lid bedoeld, zijn onder meer:
   
   1. redenen als bedoeld in artikel 1639 p van het Burgerlijk Wetboek;
   2. onvoldoende bekwaamheid of ongeschiktheid;
   3. valse opgave door de werknemer bij de toepassing van het bepaal-
      de in de artikelen 11 en 14;
   4. ten aanzien van een werkneemster het feit, dat zij in het huwelijk
      treedt;
   5. slapte van werkzaamheden;
   6. het bereiken van de 65-jarige leeftijd; voor vrouwelijke werkne-
      mers de 60-jarige leeftijd;
   7. het deelnemen aan een werkstaking;
   8. het handelen in strijd met de verplichting, bedoeld in artikel
      2 onder a;
   9. onrechtmatig verzuim;
   10. het zich niet houden aan de arbeidstijd, neergelegd in artikel 4,
       nadat de werknemer hierop driemaal door of namens de directie
       is geattendeerd;
   11. het verstrekken van onjuiste gegevens bij sollicitatie en genees-
       kundig onderzoek.

1. Bij ontslag wegens slapte zal zoveel als dit naar het oordeel van de
   directie in het belang van Elsevier mogelijk is, met de anciënniteit
   en persoonljjke omstandigheden worden rekening gehouden.
2. Het bepaalde in het eerste lid geldt uitsluitend ten aanzien van
   werknemers, die de leeftijd van 23 jaar hebben bereikt en ten min-
   ste een jaar in dienstbetrekking zijn.

1. ten aanzien van maandloners de opzegtermun voor Elsevier ten min-
   ste een maand en ten hoogste dertien weken en voor de werknemer
   ten minste een maand en ten hoogste zes weken zal bedragen, terwijl
   de dienstbetrekking slechts kan eindigen op de laatste dag van een
   kalendermaand,
2. ten aanzien van weekloners de opzegtermijn voor Elsevier ten minste
   een week en ten hoogste dertien weken en voor de werknemer tenmin-
   ste een week en ten hoogste zes weken zal bedragen, terwijl de dienst-
   betrekking slechts kan eindigen op een zaterdag,